Pasen: Voor wie gelooft en niet gelooft

Pasen: Voor wie gelooft en niet gelooft

Het is Pasen. Het is Goede Vrijdag geweest. The Passion is weer uitgezonden, afgelopen donderdag, dat inmiddels tot een traditie behoort. Mooi hoor, zo’n muzikaal evenement op televisie. De bekendheid van het Paasverhaal in het publieke domein is erdoor gegroeid. Al is het ook een beetje vreemd: miljoenen mensen beleven een verhaal mee waarvan ze diep van binnen denken dat het niet waar is.

Want kom op, dat hele idee dat Jezus opstond uit de dood… dat geloven we toch niet echt meer? Een inspirerend figuur, dat zeker. Maar drie dagen dood zijn en dan weer levend rondlopen? Sorry, dat is niet hoe de wereld werkt.

"Maar weet je hoeveel historische bronnen er zijn die hun leven beschrijven, geschreven binnen één generatie van hun dood?"

Laat me je even meenemen naar iets anders. De meeste mensen twijfelen niet aan het bestaan van Caesar, Plato of Alexander de Grote. Begrijp me goed: ik ook niet. Maar weet je hoeveel historische bronnen er zijn die hun leven beschrijven, geschreven binnen één generatie van hun dood? Vrijwel geen. In sommige gevallen ligt er honderden jaren tussen de beschreven gebeurtenissen en het eerste schriftelijke verslag ervan. Toch worden deze figuren vrijwel unaniem als historische feiten aangenomen.

En dan de opstanding van Jezus. Daarvoor bestaan tientallen bronnen uit de eerste eeuw. Niet alleen uit de evangeliën, maar ook uit brieven, kerkelijke geschriften, Romeinse documenten. Meerdere auteurs, verspreid over verschillende plekken, die allemaal iets beweren wat hun sociale status, vrijheid en sommigen uiteindelijk hun leven kostte: Jezus is opgestaan.

“Live verslag, zou je bijna zeggen.”

Het is niet waar omdat het in de Bijbel staat. Het staat in de Bijbel omdat het waar is. Dat klinkt misschien als een kromme redenering, maar het zegt iets fundamenteels. De Bijbel is een verzameling boeken, geschreven door tientallen mensen, op verschillende plaatsen, in verschillende tijden – en tóch wijst alles naar die ene kern: de opstanding van Jezus. En ja, ik weet dat er discussie is over de datering van de evangeliën. Maar zelfs de meest kritische historici erkennen dat een deel van de nieuwtestamentische geschriften binnen enkele decennia na Jezus’ dood zijn opgetekend. Dat is, historisch gezien, razendsnel. Veel sneller dan wat we hebben van de meeste andere antieke figuren.

Sterker nog: sommige onderzoekers gaan ervan uit dat delen van Marcus gebaseerd zijn op notities die gemaakt zijn tijdens Jezus’ leven. Live verslag, zou je bijna zeggen. Dat maakt de betrouwbaarheid alleen maar groter.

"...mensen zijn tot veel in staat, ook in naam van religie."

Een ander punt: waarom zouden mensen sterven voor iets waarvan ze weten dat het niet waar is? De eerste volgelingen van Jezus – mensen die Hem persoonlijk gekend hadden – werden vervolgd, gemarteld, geëxecuteerd. Niet omdat ze geloofden in een vaag verhaal dat ze hadden gehoord. Maar omdat ze zélf ooggetuigen waren, of de verhalen hoorden van anderen die er met eigen ogen bij waren geweest.

Natuurlijk kun je zeggen: mensen zijn tot veel in staat, ook in naam van religie. Kijk naar fanatieke sekten of terroristen. Maar daar zit een cruciaal verschil. Dát zijn mensen die geloven wat hen verteld is. De eerste discipelen van Jezus waren geen overleveraars van een verhaal – zij waren de oorsprong. Zij hadden gezien of niet gezien. En als ze het niet hadden gezien, waarom zouden ze hun leven geven voor een leugen?

"...dat er Iemand is die de natuurwetten heeft gemaakt en ze dus ook kan overstijgen..."

De opstanding is onmogelijk, tenzij God bestaat. Natuurlijk, natuurwetenschappelijk kan het niet. Dood is dood. Dat snapt iedereen. Maar dat is alleen een argument als je van tevoren al hebt besloten dat er geen God is. Als je die mogelijkheid wél openlaat – dat er Iemand is die de natuurwetten heeft gemaakt en ze dus ook kan overstijgen – dan wordt het ineens een heel ander verhaal. Dan is het niet onlogisch dat uitgerekend Jezus, over wie zóveel is geschreven, en die zulke ongekende invloed op de wereldgeschiedenis heeft gehad en nog steeds heeft, ook écht de dood overwon.

“...als Jezus echt is opgestaan, dan vraagt dat iets van jou."

We leven in een tijd waarin mensen kritisch zijn. Alles moet bewezen worden. Prima. Maar laat die kritische blik dan ook gelden voor wat je vanzelfsprekend vindt. Vraag jezelf eens af: waarom geloof ik wat ik geloof over de geschiedenis? Waarom twijfel ik aan Jezus, maar niet aan Socrates? Waarom trek ik de betrouwbaarheid van de Bijbel in twijfel, maar neem ik de geschriften over Romeinse veldslagen klakkeloos aan?

Ik denk dat het te maken heeft met wat we wíllen geloven. Want als Jezus echt is opgestaan, dan vraagt dat iets van jou. Dan is het niet langer zomaar een verhaal voor een mooi televisieprogramma. Dan is het een levensveranderende waarheid. Dan wordt het persoonlijk.

“Maar als het waar is…”

Jezus beweert niet alleen waarheid te spreken, Hij zegt de waarheid zelf te zijn. Dat is nogal een claim. Je kunt dat lachwekkend vinden. Of arrogant. Of fascinerend. Maar je kunt het niet negeren. Je moet iets met Jezus. Was Hij een leugenaar? Een gek? Of was Hij werkelijk wie Hij zei dat Hij was: de Zoon van God?

De opstanding is het kruispunt. Als die niet gebeurd is, kunnen we alles vergeten. Maar als het waar is… dan is het de belangrijkste gebeurtenis uit de geschiedenis. Dan verandert het alles. Dan krijgt jouw leven een ander perspectief – en misschien ook wel een ander doel.

Dus, het is Pasen: misschien toch maar eens die Bijbel oppakken. De evangelieën lezen. Kritisch, prima, maar open. En durven twijfelen aan je twijfel.

Vrolijk Pasen!

U zij de glorie, opgestane Heer!
U zij de victorie, nu en immermeer.
Uit een blinkend stromen, daald’ een engel af,
heeft de steen genomen van ’t verwonnen graf:
U zij de glorie, opgestane Heer!
U zij de victorie, nu en immermeer.

Ziet Hem verschijnen, Jezus, onze Heer!
Hij brengt al de zijnen in zijn armen weer.
Weest dan, volk des Heren, blijd’ en welgezind,
en zegt telkenkere: ‘Christus overwint!’
U zij de glorie, opgestane Heer!
U zij de victorie, nu en immermeer.

Zou ik nog vrezen, nu Hij eeuwig leeft,
die mij heeft genezen, die mij vrede geeft?
In zijn godd’lijk wezen is mijn glorie groot,
niets heb ik te vrezen in leven en in dood.
U zij de glorie, opgestane Heer!
U zij de victorie, nu en immermeer.

Ned. tekst: Jan Willem Schulte Nordholt

powered by social2s